HEBBEN COMPUTERS DE POTENTIE OM TE DENKEN?

Gert-Jan Lokhorst

2000

G.J.C. Lokhorst. Hebben computers de potentie om te denken? Machazine (faculteitsblad Technische Wiskunde, TUD), 5 (1): 57, November 2000.

TWEEDE VERSIE

Hebben computers de potentie om te denken? Volgens de meeste hedendaagse filosofen hebben ze die inderdaad. De dominante theorie in de filosofie van de geest is het computationalisme, dat stelt dat denken niets anders is dan een bepaalde vorm van rekenen. Bij mensen speelt deze activiteit zich af in de hersenen, maar ze is niet noodzakelijkerwijs gekoppeld aan de hersenen. Andere wezens (zoals bewoners van andere planeten of toekomstige robots; de tegenwoordig bestaande computers zijn natuurlijk te stom) zouden weleens gelijksoortige rekenactiviteiten kunnen uitvoeren en dus ook kunnen denken. (Dit noemt men de "multipele realiseerbaarheid" van het mentale: het kan op meerdere manieren geïmplementeerd worden.) Het computationalisme is misschien tegen-intuïtief, maar in de filosofie van de geest is men er door schade en schande achter gekomen dat het de enige goed verdedigbare theorie is. We moeten het er op het moment dus maar mee doen. Ik zit overigens niet op een denkende robot te wachten: er zijn al genoeg wezens die denken dat ze kunnen denken.

Literatuur: David Chalmers, A computational foundation for the study of cognition, http://www.u.arizona.edu/~chalmers/papers/computation.html.

EERSTE VERSIE (te lang)

Hebben computers de potentie om chocolademelk te maken? Nee, natuurlijk niet. Je moet ze op zijn minst op een keukentje aansluiten waarin voldoende cacao, melk, suiker en warmte voorhanden zijn.

Als gedachten net zoiets waren als chocolademelk of een andere materiële substantie, dan zouden computers evenmin gedachten als chocolademelk kunnen produceren. In vroeger tijden hadden sommigen inderdaad zo'n kijk op gedachten. Ze werden wel vergeleken met de stoomwolken die een stoomlocomotief uitblaast en er werd wel gezegd dat de hersenen op dezelfde manier gedachten produceren als de lever gal.

Maar tegenwoordig denken we hier heel anders over. Gedachten worden niet meer gezien als materiële objecten, maar als een soort "abstractere" fenomenen. De standaardopvatting in de analytische filosofie van de laatste veertig jaar (de harde, door de logica en natuurwetenschappen geïnspireerde tak van de filosofie, die hemelsbreed verschilt van de zachte filosofie met de Franse slag die je in het Filosofiemagazine aantreft) is dat gedachten, gewaarwordingen en al dergelijke mentale verschijnselen in wezen computationele toestanden en processen zijn. Wat is een computationele toestand? Een simpel voorbeeld is "één onthouden" als je aan het optellen bent. Volgens de computationalisten hebben alle mentale toestanden een dergelijk karakter, ook al zijn ze meestal heel wat gecompliceerder. De filosoof Jim Moor beschreef deze opvatting onlangs als volgt:

Cognitieve processen en structuren zijn computationele processen en structuren. Dat wil zeggen: zintuiglijke systemen, leersystemen, geheugensystemen, redeneersystemen enz. kunnen het best worden beschreven als systemen die berekeningen uitvoeren als ze hun functie vervullen. De precieze aard van de rekenende entiteiten is een empirische kwestie: het menselijk denken zou in laatste instantie uit digitale, analoge of hybride berekeningen kunnen blijken te bestaan, en het zou serieel, parallel of op een gecombineerde manier kunnen worden uitgevoerd. (Jim Moor, "Thinking must be computation of the right kind", in Proceedings of the 20th World Congress of Philosophy, deel 9, te verschijnen.)

Een gedetailleerde uiteenzetting van deze hypothese is te vinden in "A computational foundation for the study of cognition" van David Chalmers, verkrijgbaar op http://www.u.arizona.edu/~chalmers/papers/computation.html.

Als de computationalisten gelijk hebben, dan hebben computers wel degelijk de potentie om ooit te kunnen denken. Ze kunnen immers ook één onthouden en rekenen, en dat zijn activiteiten die van precies hetzelfde type zijn als denken. Hebben computers de potentie om te rekenen? Hebben ze een geheugen? Ik denk dat er niet veel mensen zijn die dit zullen willen ontkennen, en de potentie om te denken is net zoiets.

Tot zover het computationalisme. Het computationalisme verklaart niet direkt hoe het kan dat de `kille' rekenprocessen in onze zenuwcellen tot een warm en rijk innerlijk gedachten- en gevoelsleven leiden, maar dat kan misschien nog komen als de theorie verder wordt uitgewerkt. In ieder geval is er geen plausibele alternatieve theorie in de philosophy of mind, dus we moeten het op het moment maar met het computationalisme doen.

Ik denk overigens niet dat er al snel een robot op de markt zal komen die kan denken. Dat duurt misschien nog wel vijf eeuwen. Maar dat lijkt me helemaal niet erg. Ik zit niet op zo'n robot te wachten. Er zijn al genoeg wezens die denken dat ze kunnen denken.

Extra referentie

Marvin Minsky, Alienable rights, http://www.ai.mit.edu/people/minsky/papers/Alienable%20Rights.html

Over de auteur

Dr G. J. C. Lokhorst doceert (1) logica en (2) filosofie van de informatica aan de Faculteit der Wijsbegeerte van de Erasmus Universiteit Rotterdam.


Previous | Up | Next

gjclokhorst@gmail.com || July 17, 2015 || HTML 4.01 Strict